ruimte
alje • 30 maart 2021
Het is nog maar een jaar geleden dat ik mijn carnavalskraker ‘de ruimte van de muiter’ uitbracht. In polonaise liep de meute over de Haven zoals eens Jezus over het meer van Galilea. Althans voor mijn geestesoog. Prompt brak de pleuris uit. Corona. Ophokken. Opschorten van burgerrechten. Leren leven met beperkingen. In de beperking toont zich de meester. De meesten tonen zich beperkt in hun gevoelde of gewaande  begrenzingen. Ook in begrenzingen kun je je eigen lied zingen. Mijn ruimte bestaat bij de gratie van grenzen. En alleen op de grens kun je ontmoeten en leren. Tenminste als de grenzen elastisch zijn en geen muren zoals rond Ghaza of Mexico. Maar ook daar zullen mensen zijn die van uiterlijke muren geen innerlijke maken.

Deze  turbulente tijd gaf mij ruimte om aan mijn boek te werken. Helemaal toen Renée C(roma) kreeg. Ik voelde mij als de Birdman van Alcatraz die zich, uiteindelijk, vrij voelde zelfs in de afhankelijkheid van zijn gevangenschap. Waar veel mensen zich gevangen voelen in hun vrijheid, was hij gelukkig achter de tralies die de ingang waren voor zijn carnavalslied met dat aanstekende refrein: tralalalie en tralielala. Je moet er wat van willen maken. Maar dat gaat zomaar niet. Ik ben geen Birdman van Alcatraz, Ik ben Alje uit de Ambachtsstraat. En ik dacht dat ik onder de mensen moest zijn om mij gelukkig te voelen. In eerste instantie betekende binnen blijven, onrust. Tegen de muren van mijn eigen onrust oplopen. Een soort van cold turkey. Loskomen van mijn verslaving aan erkenning of juist ontkenning en de bevestiging krijgen dat ik toch niet deug. Onrust. Angst. Zeuren en zeiken. Als mijn dit of mijn dat of mijn zus of mijn zo. Schaduwgevechten. Strijd. Overgave. Leegte. En in de leegte werd mijn vrijheid om te schrijven gevonden. Zo op een rijtje lijkt het simpel maar als je niks meer op een rijtje hebt, is leven een grote blur en doet soms pijn. Geestkrampen. Voetjepijn noemden mijn kinderen het toen ze klein waren en hun voetjes gingen groeien. Zielepijn noem ik de fase maar van op of over je grenzen gaan. Een voorwaarde en een mogelijkheid om mijn vrijheid te herzien en te hervinden.

We voelen ons als veulentjes in de wei als we het podium opstappen van het allerkleinste theater van Nederland, de Zwaan in Gouda. Een foyer en een theaterzaal die in oppervlakte kleiner is dan het Achterhuis van Anne Frank. En toch bezit dit theater alles dat willekeurig welk gerenommeerd theater ook heeft. Een knusse kluis en ik voel mij hier thuis. Eigenlijk voel ik mij overal thuis na mijn ervaringen in isoleercellen en dwangbuis.
In minder dan geen tijd, transformeert Conny in mijn moeder en ik in al mijn jonge Alje’s. Waarom worden moeders ziek? Wat doet ziekte met een moeder? Wat doet ziekte met een kind dat ondanks mama’s ziekte toch een moeder in haar vindt? De teksten kruipen in en onder mijn huid en ik voel een zwaar verdriet als ik mijn vader tegenkom, ‘zijn trillende bovenlip die ik leerde lezen als tastbaar bewijs van zijn voelende wezen.’ En Peter registreert, laat de lijntjes lopen. En hij regisseert en trekt de lijnen strak. Het begin is gemaakt. Ik voel mij licht gesloopt en vreemd genoeg vertrouwd. Rouwen en bouwen in het post-lithium tijdperk. Welkom in het theater van mijn zinnen.   

door duda-wsm 3 april 2023
een rondje kunst
door alje 29 januari 2023
This is a subtitle for your new post
door duda-wsm 1 november 2022
This is a subtitle for your new post